het hart opvreten

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • het hart op·vre·ten
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

het hart opvreten

  1. inergatief veel verdriet hebben, hartzeer hebben
     Helaas zijn er snoodaards die het verdrag willen dwarsbomen: Nijd ligt verpletterd onder het voorwiel en vreet zijn hart op van woede. Egoïsme steekt spaken tussen de wielen.[1]
Opmerkingen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Dimitri De Maesschalck
    Vlaanderen in de kunst in:
    Ludo Permentier & Rik Schutz
    Typisch Vlaams. 4000 woorden en uitdrukkingen (2015), Davidsfonds, Leuven, ISBN 9789059086517, p. 205 kol. 1
  2. Ludo Permentier & Rik Schutz
    “Typisch Vlaams. 4000 woorden en uitdrukkingen” (2015), Davidsfonds, Leuven, ISBN 9789059086517, p. 205 kol. 1