hersteltijd
- Geluid: hersteltijd (hulp, bestand)
- her·stel·tijd
- samenstelling van herstel zn en tijd zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | hersteltijd | hersteltijden |
verkleinwoord |
de hersteltijd m
- tijd die nodig is voor herstel na een inspanning of een ziekte
- ▸ "We hebben een zware tijd achter de rug met de bestuurscrisis", sprak Van Essen. "Maar voor u is de gifbeker blijkbaar nog niet leeg. U gunt de wethouders geen hersteltijd. En een goedwerkend, nieuw college, geen opstarttijd. U bent hierin te hard."[1]
- ▸ "Het is in zijn belang om te stoppen met koersen en verdere onderzoeken te ondergaan", aldus Lidl-Trek in een toelichting. "Mads krijgt de nodige rust en hersteltijd om daarna te kunnen focussen op zijn andere doelen dit seizoen."[2]
- Het woord hersteltijd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Politieke crisis op Terschelling nog niet ten einde, beide wethouders stappen op” (donderdag 11 april, 00:40), NOS
- ↑ Weblink bron “Topsprinter Pedersen niet meer van start in Tour de France” (zaterdag 6 juli, 12:17), NOS