hergroeperen
- her·groe·pe·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
hergroeperen |
hergroepeerde |
gehergroepeerd (hergegroepeerd) (hergroepeerd) |
zwak -d | volledig |
hergroeperen
- overgankelijk organisaties of delen daarvan op nieuwe wijze rangschikken
- Irak is de afgelopen dagen begonnen zijn troepen te hergroeperen, kennelijk omdat het vreest dat een Amerikaanse invasie [ophanden] is.[1]
- Het werkwoord wordt voornamelijk als niet-samengesteld behandeld, scheidbare vormen als "her te groeperen" en "hergegroepeerd" en een onscheidbaar deelwoord "hergroepeerd" komen weinig voor.
1. organisaties of delen daarvan op nieuwe wijze rangschikken
- Het woord hergroeperen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hergroeperen" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Volkskrant 28 Februari 2003
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be