helleborus
- Geluid: helleborus (hulp, bestand)
- hel·le·bo·rus
- uit het Latijn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | helleborus | helleborussen |
verkleinwoord |
de helleborus m
- (plantkunde) Helleborus plantengeslacht waartoe o.a. de kerstroos behoort
- ▸ De Eibergse Monique Meijer houdt een open dag in haar bloemschikatelier Helleborus Niger.[2]
- ▸ De Stekkentuin in Espel houdt vandaag en morgen de laatste van een serie Open Helleborusdagen. Wies Voesten ontvangt tussen 10.00 en 17.00 uur tuinliefhebbers die haar honderden soorten kerstrozen, zoals de helleborus wordt genoemd, willen bewonderen.[3]
- ▸ Het geslacht nieskruid (Helleborus) omvat 15 tot 22 soorten volgens verschillende auteurs. Tot het geslacht behoren onder meer de kerstroos (Helleborus niger), het stinkend nieskruid (Helleborus foetidus), de lenteroos (Helleborus orientalis) en de wrangwortel (Helleborus viridis).[4]
- Het woord helleborus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ helleborus op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron “Bloemschikatelier houdt open dag” (06-02-2008), Tubantia
- ↑ Weblink bron Benny Koerhuis“Weekendtips: van helleborus in de polder tot de klokken horen luiden in Zwolle” (29-03-2019), Tubantia
- ↑ Weblink bron “Nieskruid” (graadpleegd 22 april 2021), Wikipedia