• hand·werks·man
enkelvoud meervoud
naamwoord handwerksman handwerkslieden
handwerksmannen
handwerkslui
verkleinwoord handwerksmannetje

de handwerksmanm

  1. (beroep) een ambachtsman
    • Hedendaagse voorbeelden van ambachtslieden: timmerman, metselaar, smid, bakker, slager.