• ham·mer·kast
  • Samenstelling van de Deense woorden hammer en kast
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hammerkast     hammerkastet     hammerkast     hammerkastene  
genitief   hammerkasts     hammerkastets     hammerkasts     hammerkastenes  

hammerkast, o

  1. (sport) hamerslingeren, hamerwerpen, kogelslingeren, Schots hamerwerpen

hammerkast, mv

  1. onbepaalde vorm nominatief meervoud van hammerkast