halfhysterisch
- half·hys·te·risch
- samenstelling van half bn en hysterisch zn
stellend | |
---|---|
onverbogen | halfhysterisch |
verbogen | halfhysterische |
partitief | halfhysterisch |
halfhysterisch
- nogal overdreven; nogal opgewonden
- ▸ Een halfhysterische Heleen kwam voorbij, waarna Jeroen in slow motion zijn mening gaf over het spoedbezoek aan haar vriendin die in geestelijke nood verkeerde.[1]
- Het woord 'halfhysterisch' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.