• hack·er·an·grep
Naar frequentie zeldzaam
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   hackerangrep     hackerangrepet     hackerangrep     hackerangrepa
hackerangrepene  
genitief   hackerangreps     hackerangrepets     hackerangreps     hackerangrepas
hackerangrepenes  

hackerangrep, o

  1. (informatica), (neologisme) hackeraanval
    «Angripes av datasnokere Norske banker utsettes årlig for tusenvis av hackerangrep. [1]»
    Elk jaar worden Noorse banken het slachtoffer van duizenden hackeraanvallen door computerspioniers.

hackerangrep

  1. nominatief onbepaald onzijdig meervoud van hackerangrep
  1. Rana Blad, Nr. 256, årgang 98, 5. november 1999, (pagina 13, vijfde column): "Angripes av datasnokere" (in het Noors; geraadpleegd 2021-08-01)