haalden uit
- Geluid: haalden uit (hulp, bestand)
- IPA: / ˈhaldə(n) ˈœyt / (3 lettergrepen)
- haal·den uit
vervoeging van |
---|
uithalen |
haalden (…) uit
- meervoud verleden tijd van uithalen
- Wij haalden uit.
- Jullie haalden uit.
- Zij haalden uit.
- Wij haalden uit.
- Het woord haalden uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.