gymnasiumdiploma
- gym·na·si·um·di·plo·ma
- samenstelling van gymnasium zn en diploma zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gymnasiumdiploma | gymnasiumdiploma's |
verkleinwoord |
het gymnasiumdiploma o
- (onderwijs) bewijs dat men met goed gevolg het gymnasiumexamen heeft afgelegd (voorbereidend wetenschappelijk onderwijs met minimaal één van de klassieke talen in het vakkenpakket)
- ▸ Het had anders gekund, want op haar zeventiende had ze haar gymnasiumdiploma al op zak. De studie psychologie volgt ze nu online, voornamelijk vanaf haar hotelkamers. "Echt ideaal dat het kan op die manier. Het lukt me niet in volledig tempo, maar veertig van de zestig studiepunten heb ik binnen."[1]
- ▸ Volgens de rechter zijn de twee "berekenend en geraffineerd" te werk gegaan. Wel benadrukt de rechter dat het initiatief van de fraude bij de vader lag; zijn zoon zou onder grote druk van hem zijn meegegaan met het plan. De rechter zegt dat de man "verblind is geweest door gevoelens van trots"; zijn zoon zou als eerste uit de familie een gymnasiumdiploma halen. De conciërge zou niet kunnen verkroppen dat zijn zoon steeds lagere cijfers haalde en zijn diploma zou mislopen.[2]
- ▸ Jolande Sap wordt geboren op 22 mei 1963 in Venlo.In 1981 haalt ze haar gymnasiumdiploma en vertrekt ze naar Tilburg om economie te studeren aan de Katholieke Universiteit Brabant. Ze specialiseert zich in politieke economie en filosofie.[3]
- Het woord gymnasiumdiploma staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Oscar van der Horst“Alleen in de woestijn voor een paar rotpunten, alles voor die tennisdroom” (Maandag 3 januari 2022, 12:58), NOS
- ↑ Weblink bron “'Verblinde' conciërge en zoon veroordeeld voor examenfraude” (Woensdag 10 februari 2021, 22:12), NOS
- ↑ Weblink bron “Over Jolande Sap” (Maandag 3 september 2012, 14:11), NOS