grijsrijden
- Geluid: grijsrijden (hulp, bestand)
- grijs·rij·den
- samenstelling van grijs en rijden
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
grijsrijden |
reed grijs |
grijsgereden |
klasse 1 | volledig |
grijsrijden
- inergatief, (verkeer) langer van het openbaar vervoer gebruikmaken dan waar men voor betaald heeft
- Het is niet verstandig om te gaan grijsrijden.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord grijsrijden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.