goudlaken
- goud·la·ken
- samenstelling van goud zn en laken zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | goudlaken | |
verkleinwoord |
- met gouddraad doorweven laken
- ▸ De gordijnen waren van rood fluweel, versierd met goud- en zilverdraad en kant; alles in de kamer was bedekt met fluweel, zilver- en goudlaken; mijn stilletje leek op een troon.[2]
- Het woord 'goudlaken' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Victoria Holt“In de schaduw van de troon” (1978), Saga, ISBN 9788726484885