Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gooi dood
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
doodgooien

gooi (…) dood

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doodgooien
    • Ik gooi dood. 
  2. gebiedende wijs van doodgooien
    • Gooi dood! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doodgooien
    • Gooi je dood? 

Gangbaarheid