Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: gonorrheaGonorrhö, gonorrhoea, gonorroe
En penis med gonoré.
Een penis met gonorroe.
  • go·no·ré
  • Afkomstig van de Griekse woorden gonos (sperma, zaad) en rheein (stromen, vlieten, vloeien).

gonoré

  1. (medisch) druiper, gonorroe
    «Gonoré er svært sjelden her til lands, og sykdommen kan være dødelig.»
    Gonorroe is zeer zeldzaam in dit land, en de ziekte kan dodelijk zijn.
m enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   gonoré     gonorén          
genitief   gonorés     gonoréns              


  • go·no·ré
  • Afkomstig van de Griekse woorden gonos (sperma, zaad) en rheein (stromen, vlieten, vloeien).

gonoré

  1. (medisch) druiper, gonorroe
m enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   gonoré     gonorén              
genitief