Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: Goliath

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • go·li·ath
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord goliath goliaths
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de goliathm

  1. (figuurlijk) gigant, aanduiding voor iets of iemand van groot formaat
    • Een goliath van een show, dik drie en een half uur lang, waarvan geen minuut verspild wordt aan de lolligheden die werkelijk iedere andere performer bedenkt om tijd te rekken. [1]

Gangbaarheid

92 % van de Nederlanders;
88 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen