Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • goed·nieuws·show
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord goednieuwsshow goednieuwsshows
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de goednieuwsshowm

  1. promotioneel optreden in het openbaar waarbij een organisatie laat zien hoe succesvol en goed het met die organisatie gaat
     Terwijl de organisatoren van het WK 2018 in Sint-Petersburg afgelopen weekeinde een goednieuwsshow opvoerden, is de realiteit in de Russische profcompetitie een stuk harder. Henk van Stee merkt als technisch directeur van Zenit hoe de financiële crisis toeslaat: "Je ziet geen transfers op dit moment."[1]
     Een goednieuwsshow op het hoofdkantoor van ABN Amro aan de Zuidas. De staatsbank presenteerde vandaag de laatste jaarcijfers. Die moeten aantonen dat de bank klaar is om weer zelfstandig te worden. Eind maart zou de minister van Financiën al een brief naar de Kamer sturen, om een naderende beursgang aan te kondigen.[2]
  2. nieuwsprogramma waarin positieve nieuwsgebeurtenissen worden behandeld

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Russisch voetbal houdt hand op de knip” (Dinsdag 28 juli 2015, 06:05), NOS
  2.   Weblink bron “Duivelse dilemma's bij beursgang ABN Amro” (Vrijdag 20 februari 2015, 14:21), NOS