Nederlands

 
goederenlijn
Uitspraak
Woordafbreking
  • goe·de·ren·lijn
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord goederenlijn goederenlijnen
verkleinwoord goederenlijntje goederenlijntjes

Zelfstandig naamwoord

de goederenlijnv / m

  1. spoorweg voor het vervoer van waren en goederen
     Een woordvoerder van de provincie Overijssel laat weten dat de nieuwe goederenlijn kan worden aangelegd als uit het onderzoek zal blijken dat die veiliger is dan aanpassing van het bestaande spoor. Ook vindt de provincie dat de overlast door treinen op de lijn kleiner moet zijn dan bij de plannen van Mansveld.[1]
     Burgemeesters van gemeenten langs een goederenlijn weten niet van tevoren wat er door hun gemeente wordt vervoerd. Welten zou dat graag anders zien.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Provincies: extra Betuweroute” (Vrijdag 22 november 2013, 13:09), NOS
  2.   Weblink bron “Ontsporing voer voor discussie” (Woensdag 6 november 2013, 17:38), NOS