gladheidbestrijding

 
gladheidbestrijding
  • glad·heid·be·strij·ding
enkelvoud meervoud
naamwoord gladheidbestrijding gladheidbestrijdingen
verkleinwoord

de gladheidbestrijdingv

  1. het tegengaan van de gladheid op wegen en paden als het vriest
     Esther de Graaf van Rijkswaterstaat zegt dat het de eigen verantwoordelijkheid is van de gemeenten om te zorgen voor een goede gladheidbestrijding. "Het systeem is gebaseerd op het principe van solidariteit en van geven en nemen, maar het staat iedere wegbeheerder vrij om eigen maatregelen te nemen."[1]
  1.   Weblink bron “Minder gemeenten lid van zoutloket” (Vrijdag 2 december 2011, 15:40), NOS