Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gids·rol
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gidsrol gidsrollen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de gidsrolv / m

  1. een leidende functie
     Asscher zou het jammer vinden als er in het Sinterklaasjournaal van de publieke omroep, dat volgens hem een gidsrol heeft, toch weer zwarte pieten opduiken. Maar de politiek gaat daar niet over, zei hij.[1]
     Het overdragen van deze waarden vereist voorleven, doorgeven en inwijden. De gidsrol van ouders is van belang, zoals Van der Ploeg terecht betoogt. Juist een gids biedt naast aandacht en positieve ondersteuning ook grenzen. Onze kinderen hebben leiding en begeleiding nodig.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

70 % van de Nederlanders;
71 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “Asscher wil minderheid Zwarte Piet besparen” (05 nov. 2016), De Telegraaf
  2.   Weblink bron “Ouders, ga in gesprek over opvoeden” (15-12-2009), Reformatorisch Dagblad
  3.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be