gezondheidsprogramma

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ge·zond·heids·pro·gram·ma
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord gezondheidsprogramma gezondheidsprogramma's
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het gezondheidsprogrammao

  1. (medisch) een samenhangend geheel van maatregelen die gericht is op de bevordering van de gezondheid van een groep mensen
     In Nederland hebben 1 miljoen mensen diabetes 2, een van de vormen van suikerziekte. Uit de eerste uitkomsten van het gezondheidsprogramma 'Keer Diabetes 2 Om' bleek vorig jaar al dat patiënten van een groot deel van hun ziekteverschijnselen kunnen afkomen door hun leefstijl te veranderen.[1]
     DNB dringt er bij de verzekeraars op aan om nieuwe manieren te bedenken om tegemoet te komen aan de wensen van de verzekerden en tegelijkertijd geld te blijven verdienen aan de aanvullende pakketten. Zo zouden ze verzekeringen kunnen aanbieden voor meerdere jaren en klanten korting kunnen geven als ze een gezondheidsprogramma volgen.[2]
     Zo wordt het gezondheidsprogramma in slechts 123 van de 650 districten in India uitgevoerd, en vaak nog gebrekkig ook. De afstemming met de reguliere gezondheidszorg laat te wensen over, er zijn te weinig medewerkers en die zijn vaak onvoldoende opgeleid.[3]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “'Bespaar miljarden op diabeteszorg, investeer in andere leefstijl'” (Donderdag 16 mei 2019, 10:06), NOS
  2.   Weblink bron “DNB waarschuwt voor afschaffing aanvullende zorgverzekering” (Dinsdag 5 december 2017, 04:26), NOS
  3.   Weblink bron “'Gehandicapte vrouwen in India mishandeld'” (Woensdag 3 december 2014, 07:03), NOS