gevangenzetten
- ge·van·gen·zet·ten
- samenstelling van gevang en zetten met het invoegsel -en-
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
gevangenzetten |
zette gevangen |
gevangengezet |
zwak -t | volledig |
gevangenzetten
- overgankelijk in een gevangenis opsluiten
- Daarna werd hij al snel gevangengezet.
vervoeging van |
---|
gevangenzetten |
gevangenzetten
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van gevangenzetten
- ...dat wij gevangenzetten.
- ...dat jullie gevangenzetten.
- ...dat zij gevangenzetten.
- ...dat wij gevangenzetten.
- Het woord gevangenzetten staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.