• ge·laagd·heid
enkelvoud meervoud
naamwoord gelaagdheid gelaagdheden
verkleinwoord - -

de gelaagdheidv

  1. het feit dat iets een gelaagde opbouw heeft
    • Door zijn gelaagdheid is grafiet een uitstekend droog smeermiddel. 
  2. (geologie) de planaire structuur in een gesteente, ontstaan door sedimentatie van lagen sediment over elkaar