• ge·flipt
vervoeging van: flippen…
verbogen vorm: geflipte

geflipt

  1. voltooid deelwoord van flippen
stellend
onverbogen geflipt
verbogen geflipte
partitief geflipts

geflipt

  1. heel vreemd doen (door een verkeerde reactie op drugs)
    • De geflipte junk dacht te kunnen vliegen na het gebruik van cocaïne. 
    • De geflipte patiënt kon alleen met sterk werkzame medicamenten weer rustig gekregen worden. 
  2. mislukt, teleurgesteld
    • Waarschijnlijk een geflipte doctorandus die niet aan de slag kwam, maar wel wist hoe je bij de nationale subsidiepot moet komen en toen maar gauw de broodnodige stichting heeft opgericht. Daarna heeft hij op het Ministerie van Onderwijs uitgelegd wat voor drama's zich afspelen in de gezinnen van de geschudde leraren en toen was de opdracht een feit.[1] 
99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]
  1. Youp van 't Hek 17 juli 1993 NRC
  2.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be