Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • geef prijs
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
prijsgeven

geef (…) prijs

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van prijsgeven
    • Ik geef prijs. 
  2. gebiedende wijs van prijsgeven
    • Geef prijs! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van prijsgeven
    • Geef je prijs? 

Gangbaarheid