gediplomeerd
- ge·di·plo·meerd
- vervoeging van diplomeren: de stam met omvoegsel ge- -d
vervoeging van: | diplomeren… |
verbogen vorm: | gediplomeerde |
gediplomeerd
- voltooid deelwoord van diplomeren
stellend | |
---|---|
onverbogen | gediplomeerd |
verbogen | gediplomeerde |
partitief | gediplomeerds |
gediplomeerd
- van een persoon dat hij of zij een officiële opleiding voor het te beoefenen vak met succes heeft voltooid
- Mijn vrouw is een gedipomeerd docent voor het NT2-onderwijs aan volwassenen.
- Het woord gediplomeerd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gediplomeerd" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be