gebruiksartikel
- ge·bruiks·ar·ti·kel
- samenstelling van gebruik zn en artikel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gebruiksartikel | gebruiksartikelen gebruiksartikels |
verkleinwoord |
het gebruiksartikel o
- een product dat men koopt om het te gebruiken
- ▸ Mijn manier om tot bepaalde oplossingen of uitvindingen te komen is niet alledaags. Door collega’s en vrienden word ik wel een MacGyver-onderzoeker genoemd – een geuzennaam – omdat ik consumentenelektronica of gebruiksartikelen ombouw tot iets waarvoor het oorspronkelijk niet bedoeld is. Een Wii Remote heb ik bijvoorbeeld getransformeerd tot waterniveaumeter en in een waadbroek heb ik sensoren gefabriceerd zodat ze de temperatuur van water kunnen meten.[1]
- Het woord gebruiksartikel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “‘Collega’s noemen me MacGyver-onderzoeker, omdat ik gebruiksartikelen ombouw tot iets waarvoor het niet bedoeld is’” (10 november 2018), NewScientist