gaat op
- Geluid: gaat op (hulp, bestand)
- IPA: / ɣat ɔp / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /χatˈɔp/
- (Vlaanderen, Brabant): /ɣatˈɔp/
- (Limburg): /ɣadˈɔp/
- gaat op
vervoeging van |
---|
opgaan |
gaat op
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opgaan
- Jij gaat op.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opgaan
- Hij gaat op.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van opgaan
- Gaat op!
- Het woord gaat op staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.