• fri·tids·sko

fritidssko m

  1. (kleding) vrijetijdsschoen
    «Man skiller mellom fritidssko, idrettssko og arbeidssko.»
    Men onderscheidt vrijetijdsschoenen, sportschoenen en werkschoenen.
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   fritidssko     fritidsskoen     fritidssko     fritidsskoene
fritidsskoa  
genitief   fritidsskos     fritidsskoens     fritidsskos     fritidsskoenes
fritidsskoas  



  • fri·tids·sko

fritidssko m

  1. (kleding) vrijetijdsschoen
m enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   fritidssko     fritidsskoen     fritidsskor,
fritidssko  
  fritidsskorne,
fritidsskoa  
genitief                
bijvorm enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief               fritidsskoi  
genitief