fraudeofficier
- frau·de·of·fi·cier
- samenstelling van fraude zn en officier zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fraudeofficier | fraudeofficiers fraudeofficieren |
verkleinwoord |
de fraudeofficier m
- officier van justitie die zich bezighoudt met zaken betreffende zwendel en bedrog
- ▸ Oud-fraudeofficier van justitie Fred Speijers stelt dat het Openbaar Ministerie zeer actief is in de aanpak van belastingontduikers met brievenbusfirma's. "Voor zover de kwaliteit en capaciteit voorhanden is. En daar schort het voor een belangrijk deel aan. Als je te weinig mensen hebt en je onvoldoende kunt specialiseren kom je dus niet aan dit soort zaken toe."[1]
- Het woord fraudeofficier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Weblink bron Guido van Ophoven“'10 miljard euro belasting ontdoken via brievenbusfirma's'” (Maandag 5 oktober 2015, 13:57), NOS