• fou·ten·last
enkelvoud meervoud
naamwoord foutenlast foutenlasten
verkleinwoord

de foutenlastm

  1. nadeel dat men ervaart door het begaan van fouten, missers en blunders
     "Dat de verdediging nul tegentreffers heeft geïncasseerd, zegt ook wel iets. De foutenlast is ontzettend laag. Lideweij Welten is de beste speelster van dit team, terwijl ze een jaar lang heeft gekwakkeld met blessures."[1]
     Sock speelde een wisselvallige partij en profiteerde met name van de grote foutenlast van Zverev, die vooral in de derde set verkrampte door een flink aantal dubbele fouten te slaan.[2]


  1.   Weblink bron
    NOS Sport
    “'Hockeysters winnen alles, maar missen een vedette'” (Maandag 27 november 2017, 13:41), NOS
  2.   Weblink bron
    NOS Sport
    “Nonchalante Sock beleeft wonderbaarlijke ATP Finals” (Donderdag 16 november 2017, 17:38), NOS