• for·kla·re
  • Afkomstig uit het Nederduits
  • Afleiding van het Deense bijvoeglijke naamwoord klar met het voorvoegsel for-
Naar frequentie 858
stamtijd
onbepaalde
wijs
tegenwoordige
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
forklare
forklarer
forklarede
forklart
volledig

forklare

  1. overgankelijk toelichten, verklaren


  • for·kla·re
  • Afkomstig uit het Nederduits
  • Afleiding van het Noorse bijvoeglijke naamwoord klar met het voorvoegsel for-
Naar frequentie 815
vervoeging
onbepaalde wijs forklare
tegenwoordige tijd forklarer
verleden tijd forklarte
voltooid
deelwoord
forklart
onvoltooid
deelwoord
forklarende
lijdende vorm forklares
gebiedende wijs forklar
vervoegingsklasse Klasse 2 zwak
opmerking

forklare

  1. overgankelijk toelichten, verklaren


  • for·kla·re
  • Afkomstig uit het Nederduits
  • Afleiding van het Nynorske bijvoeglijke naamwoord klar met het voorvoegsel for-
vervoeging
onbepaalde wijs forklare
forklara
forklare
forklara
tegenwoordige tijd forklarar forklarer
forklarar
verleden tijd forklara forklarte
voltooid
deelwoord
forklara forklart
onvoltooid
deelwoord
forklarande forklarande
lijdende vorm forklarast forklarast
gebiedende wijs forklar
forklara
forklare
forklar
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak Klasse 2 zwak

Klasse 3 zwak

opmerking optioneel optioneel

forklare

  1. overgankelijk toelichten, verklaren
  2. overgankelijk verheerlijken
  3. overgankelijk schoonmaken, veredelen, verfijnen
  • [2]: eit forklåra andlet
een verheerlijkt gezicht