Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • flat·com·plex
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord flatcomplex flatcomplexen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het flatcomplexo

  1. flatgebouw met meerdere woningen
     Vanwege een brand in een woning in Schiedam is vannacht een flatcomplex in Schiedam tijdelijk ontruimd geweest. Een kind raakte gewond. Via Rijnmondveilig.nl meldden de hulpdiensten dat het kind met brandwonden naar het ziekenhuis moest worden vervoerd. In totaal moesten drie mensen voor onderzoek naar het ziekenhuis, ook vanwege het inademen van rook.[2]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “120 woningen ontruimd vanwege brand in flatcomplex Schiedam” (Zaterdag 25 december 2021, 03:50), NOS