Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fier·heid
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van fier met het achtervoegsel -heid
enkelvoud meervoud
naamwoord fierheid fierheden
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de fierheidv

  1. merkbaar gevoel dat je respect verdient om wat je bent of doet
    • Met fierheid zeg ik: het is een fameus succes aan het worden.  [1]
Synoniemen

Gangbaarheid

90 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen