familieruzie
- fa·mi·lie·ru·zie
- samenstelling van familie zn en ruzie zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | familieruzie | familieruzies |
verkleinwoord | familieruzietje | familieruzietjes |
de familieruzie v
- een conflict in een groep bloedverwanten
- ▸ Eric negeerde de toespeling op hoe en wanneer de grote familieruzie was begonnen.[1]
- ▸ In Cetinje, de voormalige hoofdstad van Montenegro, heeft een 34-jarige man elf mensen doodgeschoten. De schutter ging na een familieruzie met een jachtgeweer naar buiten en schoot op straat op willekeurige mensen, melden Montenegrijnse media. Onder de dodelijke slachtoffers zouden ook kinderen zijn.[2]
- Het woord familieruzie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Zij die dromen doden slapen nooit” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044640496
- ↑ Weblink bron “Man schiet elf mensen dood in Montenegro na familieruzie” (Vrijdag 12 augustus 2022), NOS