familieportret
  • fa·mi·lie·por·tret
enkelvoud meervoud
naamwoord familieportret familieportretten
verkleinwoord familieportretje familieportretjes

het familieportreto

  1. afbeelding van meerdere familieleden
     Van louter slapte gleed zijn vinger uit zijn anus, en eerst toen kwam het familieportret in de deuropening tot leven.[2]
     Een nieuw familieportret van de koninklijke familie gemaakt door fotograaf Erwin Olaf.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Gewassen vlees”   (2014), Em. Querido's Uitgeverij  , ISBN 9789021436173
  3.   Weblink bron “Koninklijke kerstgroet met nieuw portret van koninklijk gezin” (21-12-2018), NOS