Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • fal·lis·me
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord fallisme -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het fallismeo

  1. het geheel van opvattingen en gebruiken in verband met de verering van het mannelijk geslachtsdeel
Verwante begrippen

Gangbaarheid