facit
- fa·cit
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | facit | facits |
verkleinwoord |
het facit o
- het resultaat van een (be)werking of berekening
- Het woord facit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "facit" herkend door:
27 % | van de Nederlanders; |
30 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ facit op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be