fabrieksgebouw
- fa·brieks·ge·bouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | fabrieksgebouw | fabrieksgebouwen |
verkleinwoord | fabrieksgebouwtje | fabrieksgebouwtjes |
het fabrieksgebouw o
- gebouw waarin een fabriek is gevestigd
- ▸ In de hoofdstad van Bangladesh is een fabrieksgebouw van acht verdiepingen ingestort. Zeker 70 mensen zijn omgekomen. Honderden liggen vermoedelijk nog onder het puin. Een gesprek met correspondent Lucas Waagmeester.[2]
- ▸ Voor de tiende keer dit jaar heeft een werknemer van de Chinese elektronicamaker Foxconn zelfmoord gepleegd door van het fabrieksgebouw te springen.[3]
- Het woord fabrieksgebouw staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron NOS Nieuws“"Opnieuw arbeiders in kledingindustrie getroffen"” (Woensdag 24 april 2013, 11:16), NOS
- ↑ Weblink bron NOS Nieuws“Golf zelfmoorden bij Chinese elektronicamaker” (Dinsdag 25 mei 2010, 11:27), NOS