exhiberen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ex·hi·be·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
exhiberen |
exhibeerde |
geëxhibeerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
exhiberen [3]
- overgankelijk tentoonstellen, uitstallen
- óverleggen (scheidbaar)
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord exhiberen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "exhiberen" herkend door:
57 % | van de Nederlanders; |
67 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ Wiktionnaire
- ↑ exhiberen op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be