evenzeer
- even·zeer
- samenstelling van even en zeer
evenzeer [1]
- in dezelfde mate
- Dat probleem heb je niet alleen in Nederland, maar het speelt evenzeer in België.
- De kinderen genieten, de ouders evenzeer.
- Het woord evenzeer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "evenzeer" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be