etteren
- et·te·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
etteren |
etterde |
geëtterd |
zwak -d | volledig |
etteren
- inergatief (medisch) het bij sommige ontstekingen afscheiden van een geelgroen wondvocht (etter)
- inergatief treiteren, vervelend doen
- Wordt er weer geëtterd daar op de achterbank?
1.
- Het woord etteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "etteren" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be