etterbak
- et·ter·bak
- samenstelling van etter en bak [1][2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | etterbak | etterbakken |
verkleinwoord | etterbakje | etterbakjes |
de etterbak m
- vervelend persoon
- Je moet je van hem niet zoveel aantrekken, hij is gewoon een vervelende etterbak.
- Het woord etterbak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "etterbak" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ etterbak op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be