Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • et·no·fo·bie
Woordherkomst en -opbouw
  • met het voorvoegsel etno- en met het achtervoegsel -fobie
enkelvoud meervoud
naamwoord etnofobie -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de etnofobiev

  1. angst voor allochtone bevolkingsgroepen
Verwante begrippen

Gangbaarheid