• er·op los slaan
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
erop los slaan
sloeg erop los
erop los geslagen
klasse 6 volledig

erop los slaan

  1. in het wilde weg slaan zonder goed te kijken of na te denken
    • De driftige jongen sloeg erop los, maar raakte gelukkig niemand. 
  1.   Weblink bron “Combinaties met er: loze voornaamwoordelijke bijwoorden (algemeen)” op taaladvies.net