• erf·twist
enkelvoud meervoud
naamwoord erftwist erftwisten
verkleinwoord

de erftwistm

  1. een geschil over een nalatenschap
     Het grootste deel van de klantenkring, rechtsmisbruik en echtscheidingen, voogdijgeschillen en erftwisten, kwam bij de juridisch medewerkers terecht.[1]


  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “1968, De grote eeuw deel 7” (2017), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044633535