• ere·di·plo·ma
enkelvoud meervoud
naamwoord erediploma erediploma's
verkleinwoord

het erediplomao

  1. (onderwijs) een diploma dat iemand krijgt als teken van respect zonder dat die persoon een examen heeft afgelegd
     Toen Cooper in 2018 met familieleden een bezoek bracht aan het terrein van zijn voormalige school, het Storer College, werd het hun duidelijk hoezeer hij het betreurde nooit een diploma te hebben gehaald. Zijn schoonzoon regelde daarom een ceremoniële uitreiking van een erediploma, in samenwerking met onder meer de alumnivereniging van het Storer College en het onderwijsdepartement van West-Virginia.[2]
     De Russische president Vladimir Poetin mag zich sinds woensdag grootmeester in de taekwondo noemen. Hoewel hij die sport voor zover bekend niet beoefent, heeft de Wereld Taekwondo Federatie hem een zwarte band en een erediploma gegeven. Dat meldt het Russische persbureau RIA Novosti.[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “101-jarige Amerikaan krijgt na ruim tachtig jaar alsnog schooldiploma” (Zondag 27 maart 2022, 16:14), NOS
  3.   Weblink bron “Poetin krijgt zwarte band taekwondo cadeau” (13-11-2013), Tubantia