embryologisch
- em·bryo·lo·gisch
- afgeleid van embryologie met het achtervoegsel -isch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | embryologisch | embryologischer | |
verbogen | embryologische | embryologischere | |
partitief | embryologisch | embryologischers | - |
embryologisch
- met betrekking tot de embryologie
- Het woord embryologisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.