elocutie
- elo·cu·tie
- uit het Latijn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | elocutie | |
verkleinwoord |
de elocutie v
- Het woord elocutie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "elocutie" herkend door:
31 % | van de Nederlanders; |
54 % | van de Vlamingen.[2] |
- ↑ elocutie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be