elektromotor
- elek·tro·mo·tor
- In de betekenis van ‘machine die beweegkracht geeft door elektrische stroom’ voor het eerst aangetroffen in 1872 [1]
- afgeleid van motor met het voorvoegsel elektro-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | elektromotor | elektromotoren elektromotors |
verkleinwoord | elektromotortje | elektromotortjes |
de elektromotor m
- (motortechniek) (elektrotechniek) is een machine die elektrische energie omzet in mechanische energie in de vorm van een draaiende beweging
1.
- Het woord elektromotor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "elektromotor" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "elektromotor" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be