elektriciteitsproducent

  • elek·tri·ci·teits·pro·du·cent
enkelvoud meervoud
naamwoord elektriciteitsproducent elektriciteitsproducenten
verkleinwoord

de elektriciteitsproducentm

  1. (economie) bedrijf dat elektriciteit produceert
     Het steekt Murataj dat de overheid nooit contact heeft opgenomen over de plannen om van de Vjosa een enorme elektriciteitsproducent te maken, met acht grote dammen in de rivier zelf en nog eens dertig kleine in de zijrivieren. "Ze hebben niet verteld dat ze hier een dam willen bouwen en ze hebben ons niets gevraagd," zegt hij. "Ze hebben ons vernederd."[1]
     Elektriciteitsproducent EPZ wil twee nieuwe kerncentrales gaan bouwen naast de bestaande kerncentrale in het Zeeuwse Borssele. Het bedrijf heeft zijn plannen toegelicht in een hoorzitting voor Tweede Kamerleden. Daar waren ook tegenstanders van kernenergie uitgenodigd. Volgens hen is het voorstel van EPZ veel te duur en is het beter om in te zetten op duurzame energie, zoals van zonnepanelen en windmolens.[2]
     Elektriciteitsproducent Electrabel hoopt dat er aan het einde van het jaar wel weer vijf van de zeven kernreactoren draaien, maar uiteindelijk beslissen zij daar niet over. Dat doet de Belgische overheid en die geeft daarop nog geen enkele garantie. Minister Marghem heeft Electrabel wel zover gekregen dat oude gascentrales en dieselgeneratoren de komende maanden voor extra energie zullen zorgen, maar dat is bij lange na niet voldoende om het hele probleem op te lossen.[3]
  1.   Weblink bron “Strijd om waterkracht in Albanese rivier de Vjosa, 'einde uniek ecosysteem dreigt'” (Maandag 5 april 2021, 18:02), NOS
  2.   Weblink bron “Plan voor twee nieuwe kerncentrales, tegenstanders wijzen op de kosten” (Woensdag 2 december 2020, 16:10), NOS
  3.   Weblink bron
    Elise van Zijst en Thomas Spekschoor
    “Stroomtekort in België: gemeentes worden van het net afgeschakeld” (Donderdag 27 september 2018, 19:13), NOS